Zo is keuzes maken een eitje
Hoe ingewikkeld en lastig de dingen soms ook lijken, de enige complicerende factor is je eigen denken over de dingen. Neem keuzes maken. Wat is er aan de hand als je denkt dat je een keuze moet maken? Niets, behalve dan dat jij even niet weet wat je moet doen.
Meestal weet je prima wat je moet doen, zonder dat je je bewust bent van een keuzemoment. Je gezonde verstand, instinct, ervaring en innerlijke wijsheid duwen je vanzelf een bepaalde richting op.
Soms weet je niet wat je moet doen. Dat gevoel roept onzekerheid op. Je brein schiet in de controlestand, en je gaat hard nadenken over de keuze die schijnbaar voorligt. Hoe harder je nadenkt, hoe meer je het idee krijgt dat dit toch wel om een heel gewichtige beslissing gaat. Anders zou je er toch niet zo hard over hoeven nadenken!
Helpt al dat gedenk je aan helderheid? Nee. Het leidt tot eindeloos wikken, wegen en herkauwen. De controlestand is niet wat je brein nodig heeft op zo’n moment. Die stand is nuttig voor het oplossen van een bepaald soort problemen. Als de oplossingsrichting al bekend is, of als die achterhaald kan worden met een bekende methode en door bekende feiten te gebruiken.
De controlestand is niet nuttig als je niet weet welke keuze je moet maken. Waarom niet? Omdat je denken in die staat geen ruimte laat voor inzicht in welke beweging je wilt maken. Het plakt interpretaties van oude ervaringen op nieuwe situaties. Die interpretaties zijn ruis op de lijn. Je denkt jezelf weg van je heldere, rustige geest.
Helderheid krijg je op het moment dat je je koortsachtige denken met rust laat. Dan keert je brein weer terug naar z’n default-stand. Dan kunnen je gedachten ongecontroleerd stromen, in hun eigen tempo. Zonder druk, haast of urgentie. Dan kan je innerlijk weten weer doorbreken. En dan valt er helemaal geen keuze te maken, want dan beweeg je gewoon naar waar je naartoe wilt bewegen.