Jij hebt nooit gelijk
Waarom is het zo moeilijk om open te staan voor andere zienswijzen?
Antwoord: omdat je waarneemt wat je gelooft.
Je projecteert je eigen gedachtesysteem op de buitenwereld. Die buitenwereld fungeert als een soort projectiescherm dat je eigen gedachten naar je terugkaatst. Dat heb je alleen niet door. Je gelooft dat wat je om je heen ziet, onafhankelijk van jou bestaat. Dat het echt waar is wat je ziet. Je neemt je eigen gedachten waar in de buitenwereld, en daarmee wordt je gedachtesysteem keer op keer bevestigd.
Ondertussen heb je dus niet door dat je gekleurd waarneemt. Wél ben je ervan overtuigd dat anderen vertroebeld waarnemen. Wat zij roepen, strookt immers niet met wat je met je eigen ogen ziet! Overduidelijk een p en geen d. Wat dom dat die ander dat niet ziet!
En zo houden we onszelf gevangen in de beperktheid van ons eigen perspectief. Iedereen in z’n eigen bubbel.
Denk je p, dan zie je overal p
We kennen allemaal momenten dat de schellen ons van de ogen vallen. In een flits van inzicht zie je opeens dat die p er al die tijd alleen maar als een p uitzag vanwege je beperkte perspectief. Dat noemen we een paradigma-wisseling.
Zo’n flits van inzicht kun je niet afdwingen. Niet bij jezelf en niet bij een ander. Waarom niet? Omdat de bubbel dient als fort voor je persoonlijke gedachtesysteem. Dat systeem is het zelf- en wereldbeeld dat zich in de loop van je leven gevormd heeft. Je kunt het ook je ego noemen. Dat ego wil zichzelf in stand houden. Het neemt selectief waar en interpreteert alles op zo’n manier dat het zichzelf bevestigt. Als jouw ego zich identificeert met p, dan ziet het overal p.
Kortom, alles wat je waarneemt, interpreteer je via alle concepten over jezelf en de wereld waarin je gelooft. Die sturen je interpretatie van wat je ziet. Die interpretatie roept een emotionele reactie op.
Het ego verschanst zich in zijn akelige fort
Het ego wil zichzelf constant bevestigen. Daarom willen het liefst in onze bubbel blijven, ook al is het er eigenlijk helemaal niet fijn. Er zijn allerlei negatieve emoties te ervaren. Ergernis, onzekerheid, boosheid, oordelen, arrogantie, afwijzing, angst… Allemaal voortbrengselen van het ego.
Het ego dat denkt dat het belangrijk is. Dat graag op een bepaalde manier gezien wil worden. Dat vreest niet goed genoeg te zijn. Of juist gelooft dat het beter/bewuster/slimmer/verlichter is dan anderen. Dat meent te weten hoe de wereld in elkaar zit. Of zou moeten zitten. Wat goed is voor een ander. Hoe anderen zich zouden moeten gedragen.
Welke emoties ervaar je als je een hoofd vol gedachten hebt over hoe andere mensen zich zouden moeten gedragen, hoe jij je zou moeten gedragen, wat er allemaal verkeerd is in de wereld? Dan krijg je gevoelens van frustratie, ergernis, zinloosheid, onzekerheid, eenzaamheid, zelfoverschatting, wantrouwen. Het gedrag dat je vervolgens vertoont, zal gestuurd worden door deze emoties: arrogant, onderdanig, oordelend, verkrampt, afwijzend, teruggetrokken, agressief…
Geef het een jeuk-naam
Ook al lijkt het veilig in je bubbel, het is een wereld van schaarste, onvrede, isolatie, begrenzing. Wat is er buiten je bubbel te vinden? Een wereld van overvloed, welbevinden, verbondenheid, oneindig veel mogelijkheden.
‘Jij’ valt niet samen met je persoonlijke gedachtesysteem. Er zijn momenten dat het ontspannen en helder is in je hoofd. In die momenten er is sprake van een afwezigheid van verkramping en tunnelvisie. Voorbij de ego-brij bevindt zich een ruimte waarin je liefde, verbinding, compassie, onzelfzuchtigheid, creativiteit, inspiratie, vertrouwen en betekenis ervaart. Noem het je essentie, je ware zelf, of hogere zelf. Of bedenk er een andere naam voor als je jeuk krijgt van deze termen.
Je ware zelf weet dat het niets van een ander nodig heeft en door niets bedreigd kan worden. Dat je je onbevreesd kunt openstellen voor alles wat er te ervaren is. Zonder ideeën over hoe jij, andere mensen of de wereld zouden moeten zijn.
Je ware zelf weet dat de angst van het ego om zichzelf te verliezen een illusie is.
Als we zien dat we niet ons ego zijn, maar dat we ons ego alleen maar denken, ontstaat er ruimte voor nieuwe, andere ervaringen.
Uit je bubbel, hoe dan?
Je kunt een paradigma-wisseling niet afdwingen. Maar je kunt wel ruimte scheppen, zodat inzicht zich kan ontvouwen. En er is een ultiem inzicht dat daarbij helpt: inzien dat je in elk moment je eigen, persoonlijke gedachtesysteem ervaart. Hoe heftiger je emotie, hoe harder je gelooft in je eigen gedachten, hoe troebeler je waarneming, en hoe minder je open staat voor een nieuw, fris perspectief.
Je emoties fungeren als een alarmbel die je waarschuwt dat je zaken te gekleurd waarneemt. Op het moment dat je dat inziet, kun je je openstellen voor alles wat er te ervaren is. Zonder ideeën over wie jij, andere mensen of de wereld zouden moeten zijn. Als je uitzoomt, ontstaat er ruimte voor nieuwe, andere ervaringen. … liefde, verbinding, compassie, onzelfzuchtigheid, creativiteit, inspiratie, vertrouwen, betekenis bijvoorbeeld!
Dat inzicht haalt je uit je ego-kramp en de bijbehorende tunnelvisie. En dan zie je wat er allemaal mogelijk is behalve p en d.