Als een astronaut kijken naar jezelf
Wat zie je als je vanuit de ruimte naar de aarde kijkt? Geen grenzen, geen verzameling van afzonderlijke werelddelen, oceanen, zeeën of landen. Je ziet een schitterend, dynamisch, rijkgeschakeerd, bewegend geheel. Uitgezoomd wordt duidelijk dat de afzonderlijke werelddelen, grenzen en wateren niet werkelijk bestaan. Alleen maar als ideeën, namen en concepten in onze denkwereld.
Stel dat je zo uitgezoomd naar jezelf zou kijken, wat zie je dan? Een van de vele levensvormen die het leven voortbrengt. Een dynamisch, rijk geschakeerd, ervarend geheel, met een hart dan vanzelf klopt, cellen die zich vanzelf vernieuwen en gedachten die vanzelf opkomen. Nu weer dit ervarend, en dan weer dat. Onlosmakelijk verbonden met het dynamische geheel van alle andere vormen die het leven voortbrengt.
Concepten breken het geheel op
Meestal kijken we niet uitgezoomd, met zo’n holistische blik. Dan zoomen we juist in. En dan zien we geen geheel, maar een verzameling denkbeeldige delen. Denkbeeldig, want die delen bestaan niet echt. Het zijn concepten en namen die we plakken op het geheel dat we zijn.
We analyseren, duiden en conceptualiseren er lustig op los. Vaak is dat behulpzaam. Er moeten concepten klaarliggen om je op een zinvolle manier te kunnen verhouden tot de wereld om je heen. Stel dat je iedere dag opnieuw de concepten opstaan, aankleden, ontbijten, tandenpoetsen enzovoort uit het niets moest construeren! Dat zou geen doen zijn.
In honderd stukjes uiteen
Maar vaak is het ook beperkend en belemmerend. Zeker als het gaat om het concept ‘ik’. Hoe meer we inzoomen op ons beeld van ‘ik’, hoe minder we ons verbonden voelen met het geheel. Hoe meer we ons identificeren met delen van onze ervaring, hoe minder we onszelf als een geheel ervaren. Dan vallen we ogenschijnlijk uiteen in een kindsdeel en een volwassen deel. Een redelijk en een instinctief deel. Een gewond deel en een gezond deel. Een lichte kant en een schaduwkant. Een ego en een ziel. Een angsthaas en een lefgozer. Een egocentrisch en een altruïstisch deel. Een redder, aanklager en slachtoffer. Enzovoort.
En dan zijn we de ene keer te veel zus, en de andere keer te weinig zo. Nu weer minder x dan een ander, dan weer meer y dan een ander. Dan moeten we de hele tijd proberen iets of iemand te zijn of te worden wat we niet zijn.
Ontspannen in wie je vanzelf bent
Dat is vermoeiend, ontmoedigend en creëert een illusie van afgescheidenheid. Al die delen in jou bestaan niet werkelijk. Je zelfbeeld bestaat niet echt. Ze zijn er alleen maar als ideeën en concepten in jouw denkwereld. Stel dat je dat kon zien! Er zouden een enorme bevrijding en ontspanning optreden! Want dan kun je ontspannen in wie je vanzelf al bent, in plaats van maar de hele tijd proberen iets of iemand te zijn of te worden. Dan hoef je niet langer bepaalde emoties als ongewenst te bestempelen, of ander juist na te jagen. Hoe minder je bezig bent met jezelf en je zelfbeeld, hoe meer ruimte om oprechte belangstelling te hebben voor anderen, en om je op een constructieve manier te verbinden met je omgeving. Dan kun je het leven meer en meer als dynamisch, bewegend geheel ervaren, in plaats van als een verzameling delen.
Spreekt dit je aan? Heb je het gevoel dat het je zou helpen om uit te zoomen? Ik ben graag je mede-astronaut: